Doe de octopus, de fijngeraspte citroen- en sinaasappelschil, peperkorrels, het laurierblaadje, de rozemarijn, ui en wijn in een grote pan. Zet de pan op middelhoge kookstand en laat de octopus in zijn eigen vocht (dat komt er na een paar minuten uit) gaar stoven.
Leg het deksel op de pan en kook de octopus circa 45 minuten tot je er een vork makkelijk in kunt prikken. Neem de pan van het fornuis en laat de octopus zo’n 30 minuten in zijn eigen vocht afkoelen. Snijd hem daarna in stukken van 2,5 cm.
Doe intussen de aardappels in een andere grote pan met zoveel water dat ze onderstaan. Zout het water. Breng het op middelhoge-hoge stand aan de kook en kook de aardappels circa 30 minuten, tot ze zacht zijn als je er een vork in prikt.
Laat ze uitlekken en ietsje afkoelen. Schil ze en snijd ze in blokjes van 2,5 cm. Klop terwijl de octopus en aardappels afkoelen in een grote kom de olijfolie, het citroensap,de munt, peterselie en peper door elkaar.
Doe de aardappels in de kom en hussel ze terwijl ze nog een beetje warm zijn met de dressing. Voeg ook de octopus en olijven toe.
Vul een middelgrote kom met ijsblokjes en water. Vul de schoongemaakte pan van de aardappels met water en breng aan de kook. Blancheer de sperziebonen 1 minuut in het kokende water. Laat ze uitlekken en dompel ze meteen in het ijswater. Laat ze nogmaals uitlekken.
Doe de sperziebonen in de kom met de octopus en aardappels. Hussel goed, voeg zout en peper naar smaak toe en zo nodig ook wat meer olijfolie. (Warme aardappels kunnen veel olie absorberen, dus misschien heb je iets meer nodig dan opgegeven.) Serveer het gerecht meteen.