Paccheri met paarse spruitbroccoli

Preparation

• 1Doe de pijnboompitten en ½ eetlepel olijfolie in een koude koekenpan.
• 2Zet de pan op middelhoog vuur en rooster de pijnboompitten 3-4 minuten, tot ze mooi goudbruin zijn en sissen; roer regelmatig.
• 3Doe ze op een bord en zet ze apart.
• 4Blancheer de stronkjes broccoli 4-5 minuten in kokend water, tot ze zacht, maar niet slap zijn. Ze moeten zachter dan beetgaar zijn om goed fijn te worden in de pesto, dus blancheer ze niet te kort.
• 5Schep ze uit de pan en laat ze goed uitlekken; bewaar het water voor de pasta.
• 6Zet de helft van de broccoli apart (kies de stukken met mooie roosjes) en doe de rest (bij voorkeur de stukken die voornamelijk uit stelen bestaan) in een keukenmachine, samen met de knoflook, resterende olijfolie, chilivlokken en het basilicum.
• 7Voeg zout en peper toe en pureer het mengsel tot een grove pasta; schraap het af en toe van de zijkant van de kom.
• 8Voeg de pijnboompitten (houd ongeveer 1 eetlepel apart voor de garnering), geraspte kaas en een scheut kookwater van de broccoli toe.
• 9Pureer opnieuw om alles lichtjes te mengen.
• 10Kook de pasta 8-9 minuten in ruim kokend water met zout (dit kan deels uit het bewaarde kookwater van de broccoli bestaan) of volgens de aanwijzing op de verpakking van de door jou gekozen pasta. De pasta moet beetgaar zijn.
• 11Schep een beker kookwater uit de pan, giet de pasta af in een vergiet en doe hem weer in de pan, samen met twee derde van de pesto en een flinke scheut kookwater.
• 12Schud de pasta om tot hij bedekt is met de saus.
• 13Voeg de bewaarde broccoli toe en schud de pasta weer om.
• 14Serveer de pasta op voorverwarmde borden met de bewaarde pijnboompitten, een flinke scheut olie en een beetje extra kaas.