Terug naar overzicht

De Romeinse man

Laatst zag ik een vrouw een bordje pasta aan een zwerver geven, die het dampende bord natuurlijk gulzig aannam. Tot zover niets bijzonders. Wat erop volgde verbaasde mij wel: de zwerver haalde uit zijn binnenzak geen halve liter bier, maar een fles olijfolie. Keurig druppelde hij die over zijn pasta. Beetje peper en zout erbij en mijnheer was klaar voor de lunch. Ik had ter plekke een orkest voor hem willen regelen, maar in Rome is dit helemaal niet zo gek. De Romeinse man, arm of rijk, weet immers wat goed eten is.

Waarom draagt hij altijd schoenen die eruitzien als nieuw?

Hoe vaker ik in Rome kom, hoe meer bijzondere eigenschappen me opvallen aan de mannelijke inwoners. Waarom loopt hij op straat altijd onuitstaanbaar langzaam, maar rijdt hij in zijn auto belachelijk hard? Waarom draagt hij altijd schoenen die eruitzien als nieuw? (Hoe doet hij dat? Is hij heel zuinig of koopt hij elke week nieuwe?) Over de Nederlandse man heb ik nog heel wat vragen, over de Romein zowaar nog meer.

Natuurlijk begrijp ik ook dat er niet zoiets bestaat als de ‘Romeinse man’. Net zo min je kunt spreken van de ‘Amsterdamse’ of de ‘Meppelse man’. Maar er zijn wel dingen die voor een Romein heel normaal zijn, die ik Nederlandse mannen niet snel zie doen.

Zo droeg mijn vaste barista (type:‘’s avonds pomp ik mezelf op in de sportschool’) laatst ineens een grote gouden zonnebril. Waarom?! Je staat binnen, achter de bar? En de zon schijnt niet eens! Niemand om me heen leek zich hierover te verbazen; iedereen dronk zijn cappuccino en las zijn krantje alsof er niets aan de hand was. Moesten zij ook niet stiekem hierom lachen? Het leek van niet. Een gouden zonnebril op terwijl je koffie zet voor klanten? Hartstikke normaal hier.

De Romein heeft geen dating-app nodig, hij speelt liever het spel van de paradijsvogel

De Romeinse man houdt er nou eenmaal van om te showen. Gebeurt dat nu met een gouden zonnebril, een paar mooie schoenen of een snelle auto, vroeger deden de Romeinse haantjes dat door de stad ‘aan te kleden’. Wie macht had, liet dat zien in de vorm van een plein, palazzo, kerk of fontein, uiteraard voorzien van een familiewapen. Dankzij die stokoude machocultuur heeft Italië vandaag (naar mijn mening) wel de mooiste hoofdstad ter wereld.

Waar komt dat hanige gedrag eigenlijk vandaan? Ligt dit in het verlengde van de eeuwige drang om vrouwen te imponeren? Naast fijnproevers, shoe lovers en macho’s, is het geen geheim dat de Romeinen ook grote charmeurs zijn. Dating-apps zijn hier totaal overbodig. De Romein vraagt je, na een lofzang op je voorkomen, nog persoonlijk mee uit. Of dat nu in de kroeg, bij de bakker of voor het stoplicht is, hij kan je overal het hof maken. Daar heeft hij geen app voor nodig, hij speelt liever het spel van de paradijsvogel.

Je waant je binnen no-time een reïncarnatie van Marilyn Monroe

Maar ook alledaagse (zakelijke) gesprekken verlopen niet zonder geflirt: ‘Oké allerliefste, dan sturen we je alle informatie per mail naar je door’ en ‘Dat is dan 7 euro 50, knappe blonde’. In Nederland zouden we er bijna aangifte van doen (die vieze vent is niet goed wijs!), maar in Italië betekent dit niet meteen dat die oude directeur of onverstaanbare pizzabakker ook daadwerkelijk wat van je wil. Het is allemaal part of the game; lieve dingen zeggen tegen elkaar. Meer dan wij koude noorderlingen gewend zijn. Mijn tip is dan ook: vergeet een retraite op Ibiza als je niet lekker in je vel zit, pak het vliegtuig naar Rome. Je waant je binnen no-time een reïncarnatie van Marilyn Monroe.*

Misschien nog wel groter dan de liefde voor vrouwen, is die voor voetbal. En ook die passie uiten de supporters van AS Roma nét even anders. Voor en na elke thuiswedstrijd zingt het publiek, van getatoeëerde kleerkasten tot bambini, luidkeels Antonello Venditti mee. En dat is niet een of andere variatie op Vader Abrahams Smurfenlied of simpelweg ‘Boeruh, we worden kampioen!’. Nee in het Stadio Olimpico gaat het er haast poëtisch aan toe (vrij vertaald uit plat Romeins): ‘Roma, schoonheid, ik heb je geschilderd. Geel als de zon, rood als mijn hart’. Of ‘Bedankt Roma, de vreemden om me heen voelen dankzij jou als vrienden. Bedankt, dat je ons laat huilen en elkaar laat omhelzen’…

Tja, die passievolle Romeinse man. Wachtend op mijn vlucht terug naar Amsterdam, overdenk ik hem nog eens. Altijd goed gekleed, houdt van lekker eten en wijn, strooit met complimenten en spreekt vloeiend Italiaans. Mamma mia, wat een man! Maar hij is tegelijkertijd ook de macho die niet bekend staat om zijn zelfspot, het moederskindje dat het liefst pasta di mamma eet, de temperamentvolle bestuurder en de man die een enorme kast nodig heeft voor zijn schoenen en mooie pakken. Nee, geef mij dan maar de oer-Hollandse hork op een paar afgetrapte gympen en aan een biertje met een portie bitterballen. Ook niks mis mee.

Liselotte

* Deze omschrijving las ik eens in een boek van een, jawel, Italiaanse schrijver over de schoonheid in elke vrouw.

Liselotte van LeestEen deel van onze redactie is tijdelijk verplaatst naar Rome. En met dat deel bedoel ik mezelf. Ik ben de gelukkige die volop mag meedraaien in het Italiaanse leven, voor even dan. Wat ik daar allemaal tegenkom, lees je hier.

Bewaren