Jarl over zijn ontmoeting met een Siciliaanse ex-maffioso
Jarl ontmoet een ex-maffioso die jarenlang lid was van de Cosa Nostra, de meest beruchte maffiaclan ter wereld. ‘Hij pakte me opeens bij mijn arm en zei: ‘Loop even mee dit kamertje in.’’
‘Kijken jullie echt nog House of Cards’, stamelde een vriend toen we vertelden met welke series we onze Romeinse lockdowns hadden doorgebracht. ‘Je weet toch wat voor viespeuk die hoofdrolspeler is?’
‘Uuhm, ja sorry’, antwoordde ik, terwijl ik nadacht of er nog een mogelijkheid bestond om onder dit gesprek uit te komen.
Leren negeren
Als liefhebber van Italië is het raadzaam nooit een discussie te voeren over het verschil tussen kunstenaars en hun werk. Voor je het weet kun je niet meer met goed fatsoen genieten van de fresco’s van Caravaggio, die naast schilder ook moordenaar was. Of boeken lezen van Gabriele D’annunzio, een van de grootste inspiratiebronnen van Benito Mussolini. Sterker nog: als je die lijn doortrekt, kun je ook geen lachende selfies meer maken voor het Colosseum, omdat daar eeuwenlang slaven en christenen voor de leeuwen werden geworpen, een rondje rennen in de Villa Borghese in Rome is ook uit den boze, omdat de Borghese-familie bestond uit de meest fanatieke fascisten tijdens de Tweede Wereldoorlog. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de televisiezenders van Silvio Berlusconi. Of de katholieke kerk. Mijn devies is daarom: wie van Italië wil genieten, moet allereerst leren negeren.
Siciliaanse ex-maffioso
Toch zijn er ook grenzen, ontdekte ik een paar maanden geleden, en die grens loopt dwars door mijn woonkamer. Namelijk op de plek waar anderhalf uur lang een schilderij hing van Gaspare Mutolo. Mutolo is een Siciliaanse ex-maffioso die jarenlang lid was van de Cosa Nostra, de meest beruchte maffiaclan ter wereld. Tot hij dertig jaar geleden van kamp wisselde en besloot alles aan justitie te vertellen wat hij wist. Voor justitie was dat gunstig omdat ze daardoor tientallen maffiosi en politici (onder wie de zevenvoudig premier van Italië, Giulio Andreotti) konden aanklagen. Voor Mutolo was het gunstig, omdat hij daardoor niet naar de gevangenis hoefde, een nieuwe woning kreeg toegewezen, net als een nieuwe naam én de rest van zijn leven politiebescherming.
Aanbellen bij een seriemoordenaar
Omdat ik graag meer wilde weten van zijn nieuwe leven, lukte het mij via een hele rits tussenpersonen in contact te komen met Mutolo. Als ik strikte geheimhouding kon garanderen, kon ik bij het thuis op bezoek komen voor een interview. Daar ga ik dan, dacht ik een paar dagen later toen ik aanbelde bij een van de meest kwaadaardige seriemoordenaars uit de Italiaanse geschiedenis. Als rechterhand van Totò Riina, de bloeddorstige capo dei capi van de Corleone-clan, had Mutolo immers tussen de twintig en dertig mensen vermoord. Hoeveel het er precies waren wist hij niet meer, zei hij toen we samen in de minuscule lift richting zijn appartement stonden. ‘Ik weet wel dat ik de meesten heb gewurgd. Dat was mijn specialiteit.’ Hij keek mij recht in mijn ogen aan toen hij dat zei.
Toen gebeurde het…
Het was een gespannen interview, vooral toen Mutolo mij na een uur opeens bij mijn arm pakte, de kaken van zijn boeventronie aanspande en zei: ‘Loop even mee dit kamertje in.’ Oh God, dacht ik. Ik heb vast iets verkeerds gevraagd. Nu gaat het gebeuren. En inderdaad, toen gebeurde het, want toen ik de kamer binnenkwam, zag ik de hel: honderden, intens lelijke schilderijen, allemaal gemaakt door Mutolo. Het was een hobby die hij in ballingschap had ontwikkeld, vertelde ‘de Picasso van de Cosa Nostra’, zoals hij tegenwoordig werd genoemd. En omdat hij het zo’n leuk gesprek vond – ‘hier, alsjeblieft’ – gaf hij mij een van zijn schilderijen mee.
Van de muur
Het was een afzichtelijk doek, maar omdat het afkomstig was van een seriemoordenaar, loog ik dat het prachtig was en nam ik het mee naar huis. Weggooien durfde ik niet – je moet een gegeven paard immers niet in de bek kijken, vooral niet als dat paard al dertig mannen heeft gewurgd – en dus hing ik het thuis gelijk op in mijn woonkamer. Tot mijn vriendin anderhalf uur later thuiskwam, een korte blik op het schilderij wierp, een nog kortere blik op mij, waarna ik schuldbewust mijn jas aantrok, het schilderij van de muur haalde en richting de vuilnisbak liep.
Er zijn nu eenmaal grenzen.
BEKIJK OOK:
Jarl van der Ploeg woonde en werkte als correspondent in Rome en schreef daarover het boek Wegens vakantie gesloten. Met ons deelt hij de hoogtepunten.
Wil je dagelijks op de hoogte blijven van de laatste nieuwtjes en leukste vakantietips uit Italië? Volg De Smaak van Italië op Facebook!
- Author: Redactie
- Posted: april 26, 2021